In het Eindhovens Dagblad van 21 november jl. staat een artikel met de kop: “Overleeft gilde corona?”. In dit lezenswaardig artikel van Daan Daniels, komt een tweetal kringvoorzitters aan het woord: van Kempenland en van Peelland.
Wat mij daarin opvalt, is de eensgezindheid over de uitdagingen waar de 206 Brabantse gilden voor staan. De zorg die gedeeld wordt, is: continuïteit, de moeizame aanwas van nieuwe broeders, vooral jongere. Ook over de vijver waarin men op aanwas vist en de benadering, is de mening gelijkluidend. Richt je op mensen die in hun tweede jeugd zitten. Dus 40- en 50 jarigen. Kijk of de tradities in hun huidige vorm nog levensvatbaar zijn. Zorg dat je echt deel uitmaakt van de lokale gemeenschap, wees maatschappelijk betrokken. Zet de middelen waarover je beschikt daarbij in, bijvoorbeeld de gildetuin.  Wat mij verder opvalt, is dat de een optimistischer is dan de ander. Daar waar de een zich afvraagt: “Als alles weer opengaat, ben ik benieuwd hoe de gilden ontwaken”. Hoezo ontwaken voel je de ander denken: ik ervaar een hele sterke broederschap in deze voor iedereen lastige tijd.
Het laatste is ook mijn ervaring. Terugdenkend aan het koningskienen tijdens de eerste coronagolf en aan het koningschieten begin oktober, komt een beeld te voorschijn van een sterk, levendig gilde met veel broederschap. Een gilde dat geen coronadut doet.
Het artikel zelf lezen? Zie onze Facebookpagina.