Het ligt in een museum in zijn geboorteplaats, Harlingen, het boek “Sint Sebastiaan”, uitgegeven in 1939. Nooit geweten dat dit boek bestond, laat staan dat ik wist dat het deel een is van de ‘Anton Wachter- reeks’ van schrijver Simon Vestdijk (1898-1977).
“Sint Sebastiaan” is een autobiografische roman waarin Simon Vestdijk je meeneemt in de (fantasie)wereld van een introvert en angstig jongetje met de naam Anton Wachter, die een buitenstaander lijkt in de omgeving waarin hij opgroeit. Anton tekent verdienstelijk, vindt hij zelf. Hij is vooral gefascineerd door naaktfiguren. Hij wil naar het Rijksmuseum om daar schilderijen met naaktfiguren te bekijken, maar mag er niet in, omdat hij nog te jong is. Op enig moment lukt het toch om in het Rijksmuseum te komen, door te liegen over zijn leeftijd. Daar ziet hij het schilderij De heilige Sebastiaan. Vestdijk beschrijft dat moment zo:
“Toen hij na enige seconden aarzeling het schilderij bekeek, stelde het hem teleur. Was dit alles? ‘Sint Sebastiaan. A. Cano’ stond eronder. Hij draaide zich om, vulde zich met verwachting, keek opnieuw. En nu ging het beter. Dit was, inderdaad, prachtig. Dit overtrof alles wat hij van zijn leven had gezien! De naakte romp met de drie pijlen en de vier of vijf bloedstraaltjes, die in een langwerpig kolfje tot rust klonterden, betoverde hem al evenzeer als het gezicht, dat op de linkerschouder afhing, die opgezwollen, als ontwricht getekende schouder, waarin een pijl stak, zo netjes steil en in de goede richting scheef, alsof ermee geschreven werd. Omhooggesjord en stevig aan een boom gebonden was de rechterarm, die de tweede pijl bevatte; de derde zat even onder de ribben, eveneens rechts. Het gezicht was ongevormd, bijna zonder kin, met dikke lippen, lange wimpers, terwijl twee brede, wazige voren, onnatuurlijk ver over het voorhoofd heengetrokken onder het warrige meisjeshaar, de uitdrukking van smart voor hun rekening namen………”
Na wat grasduinen in het leven van Vestdijk, kwam ik een mooie uitspraak van hem tegen. Die wil ik ons en andere gilden niet onthouden:
“De grootste originaliteit is het gehoorzamen aan de traditie zonder dat iemand het merkt.”